Het cantoortje met de Metamorfosen van Ovidius uit de tweede helft van de 17de eeuw staat sinds 2005 op de Vlaamse topstukkenlijst.
Het is een opbergmeubel voor kostbare voorwerpen of documenten.
Dit soort meubelstukken gaat terug tot in de 16de eeuw. In het begin lijkt het op een kist met laden. In de tweede helft van de 16de eeuw verandert het uitzicht en de structuur. De eenvoudige versieringen maken plaats voor mooi inlegwerk uit verschillende soorten hout. In het midden van de laden voorziet men een leeg kamertje of portiekje, opgebouwd uit drie wanden, een vloertje en een hemel. Versieringen op de drie wanden vergroten het optisch effect van het portiekje. In het cantoortje zitten ook secreten, dit zijn verborgen laden om kostbare spullen in op te bergen.
In de 17de eeuw bereikt de drang naar praal, uitstalling van rijkdom en intellectuele verwondering een hoogtepunt. Men werkt het meubel af met kostbare materialen en schilderijtjes. Aan het portiekje worden spiegels toegevoegd om het perspectief nog te vergroten.
Dit cantoortje is een uiterst zeldzaam voorbeeld van een Antwerpse kunstkast met geborduurde taferelen. Ook de iconografie is uitzonderlijk. Meestal worden er geborduurde bloemen- en dierenmotieven afgebeeld. Hier zijn de tien voorborden versierd in kleurrijk borduurwerk met voorstellingen uit de Metamorfosen van Ovidius.
Op enkele na zijn de compositieschema’s ontleend aan Crispijn Van de Passes Temerarii atque impotentis amoris exempla illustraria, een reeks prenten verschenen in 1602 en 1606. Daarom heeft deze kast ook een belangrijke schakelfunctie. Ze toont namelijk aan dat de composities van Crispijn van de Passe ook in de borduurkunst worden gevolgd.
Detailfoto's links, van boven naar onder:
Detailfoto's midden, van boven naar onder:
Detailfoto’s rechts, van boven naar onder:
Perspectiefje